Het Hunzeproject: hoe de Hunze weer ruimte krijgt om te meanderen.
Op de foto boven dit stukje zie je de Hunze tussen 2 dijken ingeklemd, meer als een kanaal. Dit is zoals het bij Duunsche Landen nog is. Maar over grote delen van de Hunze is de situatie enorm veranderd. Daar zijn de dijken als het ware veel verder weggeschoven van het water, waardoor er weer een breder beekdal kon ontstaan. De hoofdstroom is op veel plekken afgedamd en nieuwe meanders zijn uitgegraven, vaak op plekken waar de Hunze vroeger ook langs stroomde. Een mooi voorbeeld is het Annermoeras, dat aan de andere kant van Spijkerboor ligt, stroomafwaarts van Duunsche Landen. Daar wordt geprobeerd een flink nat gebied te laten ontstaan voor water- en moerasvogels.
Hoe kwam de Hunze eerst zo recht?
Na de oorlog heeft men zich in Nederland heel erg gericht op de productie van voedsel. Het was duidelijk geworden dat het de bevolking kwetsbaar maakt als er niet voldoende eigen voedsel geproduceerd kan worden. Onder andere kunstmest maakte een steeds grotere voedselproductie mogelijk. Er kwamen grotere machines. Er ontstond steeds meer behoefte aan goede landbouwgrond.
Het gebied rondom de Hunze was een nat gebied. Om de landbouwgrond te verbeteren ging men de Hunze kanaliseren. Dit gebeurde in de periode tussen 1956 en 1962. De meanderende beek werd omgevormd tot een vrij recht kanaal met dijken aan weerskanten. Er kwamen nieuwe stuwen om de waterstand beter te kunnen regelen. Er vonden ook ruilverkavelingen plaats waarbij grotere percelen gevormd werden met diepe sloten en drainagesystemen. Het water werd via de Hunze snel afgevoerd richting Groningen, via Winschoterdiep en Eemskanaal naar Delfzijl om in de Eems uit te komen.
En waarom is het nu weer een meanderende beek?
Rond 1990 kwamen er verschillende factoren bij elkaar die maakten dat er een andere visie kwam op het Hunzegebied. Landelijk kwam er een veranderingen in het natuurbeleid, waarbij men meer oog kreeg voor het belang van natuurlijke processen. In Drenthe werd het duidelijk dat er weinig natuurlijke processen meer waren in de beekdalen. Binnen het Drentse Landschap ontstond het idee dat de Hunze mogelijkheden bood om de natuurlijke processen weer een kans te geven, bijvoorbeeld omdat er nog steeds kwelwaterstromen vanuit de Hondsrug omhoog kwamen in het Hunzedal. Men ontwikkelde een nieuw plan voor het gebied: de Hunzevisie (1995).
Als we kijken welke doelen men zich gesteld heeft bij de aanpak van het Hunzegebied wordt ook duidelijk welke problemen men op wil lossen:
- Natuurherstel en -ontwikkeling mogelijk maken in het beekdal. Meer ruimte geven aan planten en dieren die alleen in een nat en/of schraal milieu kunnen overleven. Doordat het land in gebruik was als landbouwgrond is de bodem voedselrijk geworden en was de grondwaterstand op de landbouw afgestemd. Door nu op de goede momenten te maaien en het maaisel af te voeren kan de grond weer minder voedselrijk worden. Zo komt er ook weer plek voor planten die van minder voedselrijke grond houden. Door de waterstand in het beekdal te verhogen is er meer plek gekomen voor planten die een natte omgeving nodig hebben. Ook verschillen in hoogte, bijvoorbeeld door het creëren van slenken in het gebied geven meer biodiversiteit.
- Water vasthouden in waterbergingsgebieden om overstromingen rond Groningen te voorkomen. In 1998 viel er veel neerslag. De Hunze bracht in korte tijd veel water naar Groningen, waardoor o.a. het Groninger museum te maken kreeg met wateroverlast. Dit gaf het Hunzeproject extra urgentie. Door het meanderen van de beek en meer lage plekken in het beekdal waar water zich kan verzamelen duurt het langer voordat het water het gebied uit is.
- Verdroging tegengaan. Vooral in gebieden met veen in de bodem levert verdroging schade op. Veen gaat oxideren als het droog komt te liggen. Daardoor klinkt het in en daalt de bodem. Ook komt er koolstofdioxide vrij tijdens de oxidatie, een broeikasgas. Maar ook voor de planten en dieren die afhankelijk zijn van een natte omgeving is verdroging door bijvoorbeeld te snelle waterafvoer funest natuurlijk. Binnen de dijken van de Hunze is de waterstand nu hoger dan daarbuiten in de landbouwgebieden.
- De beek zonder hindernissen maken om vissen weer de kans te geven ongehinderd naar de paaiplaatsen in de hogere gedeeltes van de beek te kunnen gaan (en terug). Daarom worden stuwen weggehaald en bijvoorbeeld vistrappen gebouwd met keien om de vissen met kleine stapjes tegelijk weer omhoog te laten zwemmen naar de paaigebieden.
- Het water dat op de Hondsrug de bodem inzakt naar diepe grondlagen en daar afstroomt richting Hunzedal benutten voor drinkwater en het kwelwater dat omhoog komt in het Hunzedal langer vast houden voor natuurontwikkeling. Voorbeeld hiervan is de nieuwe drinkwaterwinning in Breevenen.
- De waterkwaliteit van de Hunze verbeteren door o.a. het voorkomen van vervuiling vanuit de landbouw met meststoffen en bestrijdingsmiddelen. Ook is ingezet op het voorkomen van riool-overstortingen en is men aan het experimenteren met moerasvorming ten behoeve van waterzuivering. De waterkwaliteit van de Hunze is nu redelijk goed.
- Recreatie in het beekdal en het Zuidlaardermeer bevorderen, bijvoorbeeld wandelen, fietsen, sportvissen en kanovaren. Het beekdal is op veel plaatsen vrij toegankelijk. Alleen tijdens het broedseizoen mag je de kades niet verlaten, maar de rest van het jaar is het toegestaan om vrij in het gebied rond te dwalen. Je moet er wel rekening mee houden dat er op veel plekken koeien grazen, daar moet je natuurlijk wel afstand van houden. En zoals in elk natuurgebied dien je respect te hebben voor de echte bewoners: de planten, dieren en schimmels die er leven, je ben er te gast!
Het streven is om de natuurlijke beekprocessen te herstellen.
Nu de beek de ruimte krijgt om zijn eigen weg te zoeken door de meanders kan er weer erosie optreden van de oevers. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld broedplekken in de oevers ontstaan voor oeverzwaluw en ijsvogel. Vissen en andere waterdieren hebben meer geschikte ruimte gekregen om te leven.
De graslanden in het beekdal worden rijker aan kruiden en fauna door de vernatting en door verschraling. Bevers zijn uitgezet en voelen zich thuis in het gebied. Zij zorgen op hun beurt ook weer voor nieuwe situaties in leefomstandigheden voor andere planten en dieren.
Natuurlijk is dit een heel ingewikkeld proces. Er moet geld zijn voor de werkzaamheden en grond moet worden aangekocht. Allerlei partijen moeten hun inbreng kunnen hebben en samenwerken. Boeren en bewoners van het gebied moeten bij het proces betrokken worden omdat het gevolgen heeft voor hun leefomgeving. Onderzoek is nodig om te weten welke vormen van beheer het beste werken.
Ondertussen zijn er veel verschillende projecten langs de Hunze uitgevoerd. Er ontstaat langzaamaan een heel nieuw, aaneengesloten strook natuur.
Van 15 maart tot 15 juni is alleen wandelen op de kade toegestaan in verband met het broedseizoen. De rest van het jaar is het gebied vrij te betreden.
Meer informatie is te vinden via de link naar de website van Het Drentse Landschap hieronder.
Via onderstaand link is informatie te vinden over de laatste ontwikkelingen in de Hunzevisie (Hunzevisie 2030). Men richt zich nu ook op het aanpassen van de benedenloop van de Hunze in de provincie Groningen.
actueel Anlooer Diep bever bos braakbal dieren Drentsche Aa duinen Duunsche Landen es hei heide heksensnot Hondsrug hunebed hunze ijstijd insect insecten kikker kunstmest kwelwater kymelsberg libel mieren mierenbroodje mol muis pad paddenstoel plant planten reiger samenwerking schapen schimmel sporen strubben verdroging vlinder vogel weilanden wind zand zoogdier